Translation of "Papier" in German

0.007 sec.

Examples of using "Papier" in a sentence and their german translations:

- Het papier is wit.
- Dit papier is wit.

Das Papier ist weiß.

Papier brandt gemakkelijk.

Papier brennt leicht.

Steen, papier, schaar.

- Schere, Stein, Papier.
- Schnick, Schnack, Schnuck.

Papier is geduldig.

Papier ist geduldig.

Papier is verduldig.

Papier ist geduldig.

Hebt ge papier?

Hast du Papier?

Papier brandt snel.

Papier brennt gut.

- Ik heb het papier verbrand.
- Ik verbrandde het papier.

Ich habe das Papier verbrannt.

- Ik wil een stuk papier.
- Ik wil een stukje papier.

Ich will Papier.

Dit papier is wit.

Das Papier ist weiß.

Het papier is wit.

- Papier ist weiß.
- Das Papier ist weiß.

Zwart papier absorbeert licht.

Schwarzes Papier absorbiert Licht.

Zet dat op papier.

Gib mir das schriftlich.

Heb je het papier gesneden?

Hast du das Papier geschnitten?

Elke soort papier is geschikt.

Jedes Papier ist geeignet.

Het papier had formaat A4.

Das Papier war im Format A4.

Ik heb wat papier nodig.

Ich brauche etwas Papier.

Breng een blad papier alstublieft.

Bringen Sie bitte ein Blatt Papier.

Ik plak niet op papier.

Ich bin nicht sehr fotogen.

Geef me een vel papier.

Gib mir ein Blatt Papier.

Geef mij een stuk papier.

- Gib mir ein Stück Papier.
- Geben Sie mir ein Stück Papier.

Papier is uitgevonden in China.

Das Papier wurde in China erfunden.

Er was geen wc-papier.

Es gab kein Toilettenpapier.

Zij gaf hem een blad papier.

Sie gab ihm ein Stück Papier.

Breng mij een stukje papier a.u.b.

Bitte hol mir ein Stück Papier.

Deze portemonnee is gemaakt van papier.

Dieses Portemonnaie ist aus Papier gemacht.

Papier is wit, koolstof is zwart.

- Papier ist weiß, Kohlenstoff ist schwarz.
- Papier ist weiß, Kohlenstoff schwarz.

Papier is wit, kolenstof is zwart.

Papier ist weiß, Kohlenstaub ist schwarz.

Ik heb een balpen nodig en papier.

Ich brauche einen Kugelschreiber und Papier.

Vuur moet men niet inwikkelen in papier.

Feuer soll man nicht in Papier einhüllen.

En wikkelden het in touw, schapenhuid of papier

in Schnur, Schafshaut oder Papier gewickelt

Dit papier heeft een zeer groot opslorpend vermogen.

Dieses Papier hat eine sehr gute Saugfähigkeit.

Papier, karton, glas en tuinafval worden gescheiden opgehaald.

Papier, Pappe, Glas und Gartenabfall werden getrennt abgeholt.

- Geef me een pen en een paar bladen papier, alstublieft.
- Geef me alsjeblieft een pen en een paar vellen papier.

- Bitte gib mir einen Stift und einige Papierbögen.
- Gib mir bitte einen Stift und einige Papierbögen.

Was dat de eigenlijke magie niet op papier plaatsvindt,

Der wahre Zauber findet nicht auf dem Papier statt,

De politieagent legde een vel papier voor hem neer.

- Der Polizeioffizier legte ihm ein Blatt Papier vor.
- Der Polizeioffizier legte ein Blatt Papier vor ihn hin.
- Der Polizist legte ihm ein Blatt Papier vor.

- Er is geen wc-papier!
- Er is geen toiletpapier!

Es ist kein Toilettenpapier da!

Hij kan niet zeggen wat op het papier staat geschreven.

Er kann nicht sagen, was auf dem Papier geschrieben steht.

Het papier is heel wit, maar de sneeuw is witter.

Das Papier ist sehr weiß, aber der Schnee ist noch weißer.

De kleuters knutselden olifanten van wc-rolletjes, papier en lijm.

Die Vorschüler bastelten Elefanten aus Kloröllchen, Papier und Klebstoff.

Ik heb een envelop, papier en een potlood of pen nodig.

Ich benötige einen Umschlag, Papier sowie einen Bleistift oder Füller.

Er ligt een boek, een potlood en een vel papier op tafel.

Ein Buch, ein Stift und ein Blatt Papier sind auf dem Tisch.

- Zet dat op papier.
- Zet dat zwart op wit.
- Schrijf het op.
- Leg het schriftelijk vast.

Gib mir das schriftlich.