Translation of "Staarde" in French

Hij staarde naar haar decolleté.

Il fixait son décolleté.

Ik staarde naar de man.

- J'ai fixé l'homme du regard.
- J'observais attentivement cet homme.

Mary staarde uit het raam.

Marie regarda par la fenêtre.

Ze staarde met wijd open ogen.

Elle contemplait, les yeux grand ouverts.

Ze staarde naar haar reflectie in de spiegel.

Elle fixa son reflet dans le miroir.

Ik staarde in de ogen van dit ongelooflijke wezen.

Je regardais cette créature fascinante droit dans les yeux.

Tom staarde naar het eten op Maria haar bord.

Tom fixait du regard la nourriture sur l'assiette de Manon.

Hij staarde langs me heen en keek gewoon naar de grond.

Il me regardait sans me voir ou fixait le sol.

- Hij zat maar wat te staren.
- Hij staarde in het niets.

Il regarda dans le vide.

...en wikkelde het als een cape om zich heen... ...en staarde me aan door de opening.

Elle s'est enroulée dedans comme si c'était une cape avant de m'observer par un interstice.