Translation of "Job" in English

0.034 sec.

Examples of using "Job" in a sentence and their english translations:

Hij kent zijn job.

He knows what he's doing.

Deze job betaalt goed.

This job pays well.

Ik heb mijn job opgegeven.

I gave up my job.

Tom heeft een ingewikkelde job.

Tom has a difficult job.

Toms job is redelijk goed.

Tom has a fairly good job.

Ik hou van mijn nieuwe job.

I like my new job.

Ik wil geen job in Boston.

I don't want a job in Boston.

Dat is mijn job, weet je?

It's my job, you know.

Tom vroeg Mary omtrent haar nieuwe job.

Tom asked Mary about her new job.

Een full-time job voor ons beiden geworden.

has become a full-time job for the both of us.

Tom vroeg mij of ik mijn nieuwe job leuk vind.

Tom asked me how I liked my new job.

Hij ging ermee akkoord de nieuwe job aan te nemen.

He agreed to take the new job.

Bill heeft een parttime job om een auto te kunnen kopen.

Bill has a part-time job so that he can buy a car.

Een ding is zeker: zijn job zou ik niet willen hebben.

I'll tell you one thing: I wouldn't like to have his job.

- Maar hij had werk nodig.
- Maar hij had een job nodig.

But he needed a job.

Want het kind kan geen job vinden als het die taal spreekt.

Because the child can't go and get a job if they speak that language.

- Maar hij had een job nodig.
- Maar hij had een baan nodig.

But he needed a job.

Tom kwam naar Boston en hoopte dat hij een job kon vinden.

Tom came to Boston hoping to find a job.

Het maakt het moeilijker om te focussen en om een job te behouden

It makes it harder to focus, and to hold down a job,

Misschien is het mijn job om te luisteren naar wat het universum me toont

Maybe instead it's my job to listen to what the universe is showing me

Afriyie verloor zijn job enkele jaren geleden, nadat hij gearresteerd werd bij een demonstratie.

Afriyie lost his job as a security guard after being arrested at a protest a few years ago,

Tom was niet in staat om een job te houden of om op zichzelf te leven.

Tom was unable to hold a job or live by himself.

- Maar hij had werk nodig.
- Maar hij had een job nodig.
- Maar hij had een baan nodig.

But he needed a job.

- Hij nam de gelegenheid te baat om een job te krijgen.
- Hij greep de gelegenheid aan om werk te krijgen.

He grabbed the chance to get a job.

- Wie is er beter geschikt voor die job dan Tom?
- Wie is er beter geschikt voor dat werk dan Tom?

Who is more suitable for the job than Tom?

- Tom kwam naar Boston en hoopte dat hij een job kon vinden.
- Tom kwam naar Boston en hoopte dat hij wat werk kon vinden.

Tom came to Boston hoping to find a job.