Examples of using "Numara" in a sentence and their dutch translations:
Trek een nummer.
- Hij doet alsof.
- Zij doet alsof.
Ik weet 't nummer nog uit m'n hoofd.
Welke schoenmaat heeft u?
Ze draaide het verkeerde nummer.
Welke schoenmaat heeft u?
Ik denk dat je het verkeerde nummer hebt.
Welke maat zijn deze schoenen?
- Je hebt maar gedaan alsof, niet?
- U hebt maar gedaan alsof, niet?
Het lijkt erop dat ik het verkeerde nummer heb.
- Tom deed een goocheltruc.
- Tom liet een goocheltruc zien.
Tom was nummer één.
Er is een truc die je kan helpen.
Geef mij het nummer.
Het nummer is 932 85 47, maar ik weet het kengetal niet.
Water is hier leven. Er is één truc die je kan helpen.