Examples of using "Konuşuyorum" in a sentence and their dutch translations:
Ik spreek Koreaans.
Ik spreek Russisch.
Ik spreek Interlingua.
Ik spreek Frans.
Ik ben aan het praten.
Ik spreek Litouws.
Ik spreek Fins.
Ik praat met mijn kind.
Met wie spreek ik?
- Met wie spreek ik?
- Met wie praat ik?
Ik ben aan de telefoon.
Ik praat met haar op Facebook.
Met wie praat ik?
Ik spreek uit ervaring.
- Ik spreek Spaans tegen mijn kat.
- Tegen mijn kat spreek ik Spaans.
Ik spreek met Tom.
Ik praat tegen mezelf.
Ik spreek Bosnisch.
Ik praat met een vriend.
Ik spreek alleen Italiaans.
Ik spreek alleen Frans.
Ja, ik spreek Spaans.
Ik spreek een beetje Spaans.
Ik spreek een beetje Sloveens.
Ik spreek snel.
Spreek ik te snel?
Ik spreek een beetje Japans.
Met wie spreek ik nu?
Ik praat niet tegen jou, maar tegen de aap.
Spreek ik te snel?
Behalve Turks spreek ik ook Nederlands.
Ik spreek Nederlands, en zij?
Ik spreek daarover.
- Ik spreek serieus.
- Ik ben serieus.
Ik spreek elke dag Iers.
- Ik ben Fin, maar ik spreek ook Zweeds.
- Ik ben Fins maar ik spreek ook Zweeds
Ik spreek Engels, Frans en Spaans.
Ik spreek Frans met mijn vader en Engels met mijn moeder.
Ja, ik spreek Spaans.
Ik spreek Engels, Esperanto, Frans en Japans.
Ik spreek dagelijks Engels.
Ik heb het over een leeuw.
Praat ik nu over biologie, of heb ik het over geologie?