Translation of "Kiminle" in Dutch

- Kiminle konuşuyordun?
- Kiminle konuşuyordunuz?

Met wie was je aan het praten?

Kiminle geldin?

Met wie ben je gekomen?

Ben kiminle konuşuyorum?

- Met wie spreek ik?
- Met wie praat ik?

Noeli kiminle geçiriyorsun?

Met wie ga je Kerstmis doorbrengen?

Kiminle konuşmak istersin?

Met wie wil je praten?

"Alo." "Alo, kiminle görüşüyorum?"

"Hallo." "Hallo, wie is het?"

Kiminle seyahat etmek istiyorsun?

Met wie wil je meereizen?

Noel'i kiminle geçirmeyi planlıyorsun?

- Met wie ben je van plan Kerstmis door te brengen?
- Met wie bent u van plan Kerstmis door te brengen?
- Met wie zijn jullie van plan Kerstmis door te brengen?

Tom kiminle kayak yapıyordu?

Met wie was Tom aan het skiën?

Tom'un kiminle evlendiğini bile bilmiyoruz.

We weten zelfs niet met wie Tom getrouwd is.

- Kiminle yaşıyorsunuz?
- Kim ile yaşıyorsun?

- Met wie woon je samen?
- Met wie woont u samen?
- Met wie woon je?
- Met wie woont u?

- Ben kiminle konuşuyorum?
- Ben kimle konuşuyorum?

Met wie spreek ik?

Tom, Mary'nin kiminle konuştuğunu bilmek istiyordu.

Tom wilde weten met wie Mary aan het praten was.