Translation of "Taxi" in Dutch

0.014 sec.

Examples of using "Taxi" in a sentence and their dutch translations:

- Tomemos un taxi.
- Cojamos un taxi.

Laten we een taxi nemen.

- ¿Puede llamarme un taxi?
- ¿Puedes llamarme un taxi?
- ¿Podés llamarme un taxi?

- Kunt u een taxi voor me bestellen?
- Kunt U een taxi voor mij bestellen?

¿Tomamos un taxi?

Nemen we een taxi?

Tomemos un taxi.

Laten we een taxi nemen.

Necesito un taxi.

Ik heb een taxi nodig.

Salí del taxi.

Ik stapte uit de taxi.

- Él llamó a un taxi para mí.
- Me llamó un taxi.
- Llamó a un taxi para mí.
- Él me llamó un taxi.

- Hij riep een taxi voor mij.
- Hij hield een taxi voor mij aan.

- Él llamó a un taxi para mí.
- Me llamó un taxi.
- Él me llamó un taxi.

Hij riep een taxi voor mij.

¿Puede llamarme un taxi?

- Kunt u een taxi voor me bestellen?
- Kunt U een taxi voor mij bestellen?

Ningún taxi se detuvo.

- Er is geen taxi gestopt.
- Geen enkele taxi stopte.

Hay un taxi esperando.

Er wacht een taxi.

Ella tomó un taxi.

Ze nam een taxi.

- Llamó a un taxi para mí.
- Él me llamó un taxi.

Hij riep een taxi voor mij.

Fui al aeropuerto en taxi.

- Ik ging met de taxi naar het vliegveld.
- Ik ben met de taxi naar het vliegveld gegaan.

Toma un taxi al hotel.

Neem een taxi naar het hotel.

Me costó encontrar un taxi.

Ik had het moeilijk om een taxi te vinden.

¿Dónde puedo tomar un taxi?

Waar kan ik een taxi nemen?

Cogí un taxi porque llovía.

Ik nam een taxi, omdat het regende.

El taxi está esperando afuera.

De taxi staat buiten te wachten.

Ponga todo en un taxi.

Steek alles in een taxi.

Fui a Kawagoe en taxi.

Hij is per taxi naar Kawogoe gegaan.

Voy a tomar un taxi.

Ik zal een taxi nemen.

- ¿Quiere que le llame a un taxi?
- ¿Quieres que te llame un taxi?

Moet ik een taxi bestellen voor u?

- Él llamó a un taxi para mí.
- Llamó a un taxi para mí.

Hij riep een taxi voor mij.

¿Por qué no tomas un taxi?

Waarom neemt u geen taxi?

Ella fue al museo en taxi.

Ze nam de taxi naar het museum.

No necesitó llamar a un taxi.

Hij hoefde geen taxi te bellen.

Prefiero tomar un taxi a caminar.

Ik geef de voorkeur aan een taxi boven lopen.

¿Quieres que te llamemos un taxi?

Wilt ge dat we een taxi voor u bestellen?

«¿Es un taxi ilegal?», le pregunté.

"Is dit een illegale taxi?", vroeg ik hem.

Toma un taxi hacia el hotel.

Neem een taxi naar het hotel.

Tome un taxi enfrente de la estación.

Ik heb voor het station een taxi genomen.

Haga el favor de llamarme un taxi.

Bel een taxi voor mij alstublieft.

Cogió un taxi para ir al hospital.

- Ze nam de taxi naar het ziekenhuis.
- Ze ging met de taxi naar het ziekenhuis.

Necesito un taxi que vaya al aeropuerto.

Ik heb een taxi nodig naar het vliegveld.

Él llamó a un taxi para mí.

Hij riep een taxi voor mij.

¿Puedo coger un taxi cerca de aquí?

Kan ik hier een taxi nemen?

- Él levantó la mano intentando parar un taxi.
- Él levantó la mano para parar a un taxi.

Hij stak de hand op om een taxi te stoppen.

Nosotros tomamos un taxi para llegar a tiempo.

- We namen een taxi om er op tijd te geraken.
- We namen een taxi om op tijd te komen.

Tomé un taxi para llegar allá a tiempo.

Ik nam een taxi om daar op tijd te komen.

Tomé un taxi porque el bus venía atrasado.

Ik nam een taxi, omdat de bus te laat was.

Él tomó el taxi para llegar a tiempo.

Hij nam de taxi om op tijd te komen.

Haga usted el favor de llamar un taxi.

Bel een taxi alstublieft.

Cogí un taxi hacia la estación de trenes.

Ik nam een taxi naar het treinstation.

Él levantó la mano para parar a un taxi.

Hij stak de hand op om een taxi te stoppen.

Él tomó un taxi para llegar allá a tiempo.

Hij nam de taxi om er op tijd te komen.

No alcancé el último bus y volví en taxi.

Ik heb de laatste bus gemist en ik ben met de taxi naar huis gegaan.

¿A qué hora saldrá el taxi para el aeropuerto?

Hoe laat vertrekt de taxi naar het vliegveld?

Nuestra gente no toma un taxi hasta la panadería.

Onze mensen gaan niet met de taxi naar de bakker.

A su llegada a la estación, él llamó un taxi.

Toen hij aan het station aankwam, belde hij een taxi.

Tardaré 20 minutos en ir en taxi a la estación.

Het zal me twintig minuten kosten om met de taxi naar het station te gaan.

¿Quieres irte conmigo o prefieres que te llame un taxi?

Wil je met mij mee of heb je liever dat ik een taxi voor je bel?

Todavía tenemos mucho tiempo, pero cojamos un taxi por si acaso.

We hebben nog genoeg tijd, maar laat ons voor de zekerheid een taxi nemen.

En Japón uno puede encontrar un taxi de día y de noche.

In Japan kan men altijd een taxi vinden, dag en nacht.

Cuando uno viaja al exterior, necesita cambio en la moneda del país que visita para pagar un taxi, una taza de café o una propina.

Als je in het buitenland reist, heb je wisselgeld nodig in de valuta van dat land om te betalen voor een taxi, een kop koffie of fooi.