Examples of using "Juguete" in a sentence and their dutch translations:
Mijn speelgoed is kapot.
Mijn speelgoed is kapot.
- Dit stuk speelgoed is van hout.
- Dat speelgoed is van hout gemaakt.
- Dit stuk speelgoed is van hout.
- Het speeltuig is van hout.
Hij was tevreden met het speeltje.
Het speeltuig is van hout.
Ze kocht een stuk speelgoed voor de jongen.
Ze koopt een stuk speelgoed voor haar kind.
Ze koopt een stuk speelgoed voor haar kind.
Een vriend van mij is laatst uitgegleden over een autootje dat zijn zoon had laten slingeren op de trap en heeft toen zijn grote teen gebroken.