Examples of using "Conocían" in a sentence and their dutch translations:
- Ze kenden me.
- Ik was bekend bij hen.
Iedereen kende dit liedje.
Iedereen kende dit liedje.
Iedereen in het dorp kende hem.
Iedereen die hem kende bewonderde hem.
Ik wist dat als mijn vrienden van dit plastic afwisten,
Het was overduidelijk dat die twee vrouwen elkaar goed kenden.
Het was de eerste keer dat ze elkaar in acht jaar ontmoetten.
"Vandaag is de melkboer begraven. Er was veel volk, want op het dorp kende iedereen hem." "O, is er in Linschoten een melkboer?" "Nou nee, nu dus niet meer!"