Examples of using "Camina" in a sentence and their dutch translations:
- Ga weg!
- Wegwezen!
- Ga!
- Vooruit!
- Voorwaarts!
Tom stapt traag.
Ze loopt.
- Ga langzaam.
- Loop langzaam.
- Ga langzaam!
- Ga langzaam vooruit.
- Wandel langzaam.
Ze loopt.
Hij loopt snel.
Tom loopt.
Loop eens wat langzamer.
Hij loopt langzaam.
Tom stapt traag.
Tom stapt traag.
Hij loopt, ik loop.
Ze loopt.
De honden blaffen, de karavaan trekt verder.
Maria gaat langzaam.
Leerkrachten lopen naar het bord,
Hij wandelt elke morgen in het park.
Naast littekens op haar oren en armen, is ze kreupel...
Loop alsof je de aarde met je voeten kust.
Oorlog gaat samen met ellende en droefheid.
...zodat mensen die op het rif lopen er op kunnen gaan staan... ...die zich overdag voor roofdieren verbergt.
Hij gaat te voet naar school.
Een meisje loopt met haar pruik naar school. Jongens trekken aan haar haar en als het blijkt dat ze kaal is lachen ze haar uit. Ze weten niet dat ze kanker heeft.