Examples of using "свободный" in a sentence and their dutch translations:
- Gratis toegang.
- Toegang is gratis.
- Ik ben een vrije man.
- Ik ben een vrije mens.
- Ik ben een vrij mens.
Gratis toegang.
De toegang is gratis tijdens de kerstvakantie.
Ik ben vrij.
Alle studenten hebben vrije toegang tot de bibliotheek.
Ik werkte op zondag, dus ik had maandag vrij.