Examples of using "живой" in a sentence and their dutch translations:
- We hebben haar levend gevonden.
- Haar hebben we levend gevonden.
Tom leeft nauwelijks.
Leeft Tom nog?
De kat was aan het spelen met een levende muis.
Zijn oude kat leeft nog.
Ik ben de laatste Sherpa van die expeditie die nog leeft.
- Ik ben nog in leven.
- Ik leef nog.
- Er was geen levende ziel.
- Er was daar geen kat.
Levend of dood, ik zal altijd van je blijven houden.
Esperanto is een levende taal, die zeer geschikt is voor internationale communicatie.
Je zult me nooit levend in handen krijgen.
Ik weet niet of hij dood of levend is.