Translation of "ботинок" in Dutch

Я купил пару ботинок.

Ik kocht een paar laarzen.

В мой ботинок попал камень.

Er zit een steentje in mijn schoen.

Этот ботинок на размер больше.

Deze schoen is een maat groter.

Я хочу купить пару лыжных ботинок.

Ik wil een paar skischoenen kopen.

Том купил новые шнурки для ботинок.

Tom heeft nieuwe schoenveters gekocht.

У меня есть носки, но нет ботинок.

Ik heb sokken, maar ik heb geen schoenen.

Том хранит запасную пару ботинок в багажнике своей машины.

Tom bewaart een extra paar schoenen in de achterbak van zijn auto.

Том должен купить себе новую пару ботинок. Его старые все поношенные.

Tom moet nieuwe schoenen kopen, want zijn oude zijn al versleten.