Examples of using "Prever" in a sentence and their dutch translations:
Het is onmogelijk om aardbevingen te voorspellen.
Ik kon niet voorzien dat dat zou gebeuren.
Niemand kan voorzien wat er gaat gebeuren.
Er komt een heleboel ellende aan
...kunnen we niet voorspellen wat hun toekomst brengt.
Tom zei tegen Maria dat hij de toekomst kon voorspellen.