Translation of "Perfume" in Dutch

- Eu resolvi não comprar perfume.
- Eu decidi não comprar perfume.

Ik besloot geen parfum te kopen.

Você está usando perfume?

- Draag je parfum?
- Draagt u parfum?

Mary sempre passa perfume demais.

Maria draagt altijd te veel parfum.

- Você alguma vez já cheirou este perfume?
- Vocês alguma vez já cheiraram este perfume?

- Heb je ooit dit parfum geroken?
- Heeft u ooit dit parfum geroken?
- Hebben jullie ooit dit parfum geroken?

Qual é o seu perfume favorito?

- Wat is jouw lievelingsparfum?
- Wat is uw lievelingsparfum?
- Wat is jullie lievelingsparfum?

Eu adoro o perfume de Maria.

- Ik hou van Maria haar parfum.
- Ik hou van Maria's parfum.

Mary não usa perfume de má qualidade.

Maria draagt geen goedkope parfums.

Amizade sem confiança é qual flor sem perfume.

Vriendschap zonder vertrouwen is als een bloem zonder geur.