Examples of using "Forno" in a sentence and their dutch translations:
Het brood zit in de oven.
Doe de pizza in de oven.
- Ik heb uw avondeten voor u in de oven laten staan.
- Ik heb je avondeten voor je in de oven laten staan.
- Ik heb uw avondeten voor u in de oven laten staan.
- Ik heb je avondeten voor je in de oven laten staan.
Tom haalde de taart uit de oven.
Mary bakt een taart.
De pizza werd in een houtoven gebakken.
Maria bond een schort om haar middel en haalde de kalkoen uit de oven.
Giet het mengsel in een schaal en braad het in de oven gedurende ongeveer veertig minuten.