Examples of using "Barack" in a sentence and their dutch translations:
Barack Obama is de president van de Verenigde Staten.
De moeder van Barack Obama, Ann Dunham, was antropologe.
De moeder van Barack Obama, Ann Dunham, was antropologe.
“De economie drijft landen aan weerszijden van de Atlantische Oceaan uit elkaar”: zo vat La Stampa de gevolgen samen van recente uitspraken van Barack Obama. Daarin beweerde de Amerikaanse president dat de magere groeiperspectieven van de Verenigde Staten toe te schrijven zijn aan de slechte wijze waarop de eurocrisis wordt bestreden.