Examples of using "Ajudará" in a sentence and their dutch translations:
Dat zal helpen.
Mijn vader zal me helpen.
- Dat zal u niet helpen.
- Dat zal je niet helpen.
Tom zal je niet helpen.
Zal hij ons helpen?
Als jij Tom niet helpt, wie zal hem dan helpen?
Dat zal je niet helpen.
Maria gaat ons morgen helpen.
Tom gaat Maria helpen.
Hoe ga je Tom helpen?