Examples of using "Sült" in a sentence and their dutch translations:
Ik hou van gebraden kastanjes.
Je friet wordt koud.
Ik hou niet van gebakken vis.
Ik hou erg van friet.
Alles liep hem tegen.
Friet zonder azijn, alsjeblieft.
Een halve haan met friet, alstublieft.
- Tom eet het liefst friet met ketchup.
- Tom eet het liefst frieten met ketchup.
- Tom eet het liefst frietjes met ketchup.
- Tom eet het liefst patat met ketchup.
- Ik heb gisteren veel frietjes gegeten.
- Ik heb gisteren veel frieten gegeten.
- Ik heb gisteren veel friet gegeten.
- Ik heb gisteren veel patat gegeten.