Examples of using "Kutyája" in a sentence and their dutch translations:
Heeft hij een hond?
Hij heeft twee honden.
Tom heeft een hond.
Hij heeft een hond.
Dit is Maria's hond.
Dit is Toms hond.
De hond van mijn buurman is dood.
De hond van de buurman is gevaarlijk.
Toms hond viel Mary aan.
Tom heeft drie honden.
- De hond van Tom kan goed zwemmen.
- Toms hond kan goed zwemmen.
Zij heeft een kleine zwarte hond.
Tom heeft een witte hond.
Ken heeft een witte hond.
De hond van mijn buurvrouw blaft.
- Tom heeft nog drie honden.
- Tom heeft drie andere honden.
De bedelaar bezat slechts één hond.
Hij heeft een kat en twee honden.