Examples of using "Wangen" in a sentence and their dutch translations:
Haar wangen waren rood.
Zijn wangen werden rood.
De tranen stroomden over haar wangen.
Tranen van blijdschap liepen over haar wangen.
Ik kreeg slaag op beide wangen.
Tranen liepen over mijn wangen.
De jongen streelde het meisje rond haar kin en kuste haar op haar wangen.