Translation of "Thailand" in Dutch

Thailand liegt in Asien.

Thailand ligt in Azië.

Ich komme aus Thailand.

Ik kom uit Thailand.

Sie ist nach Thailand aufgebrochen.

Ze is op weg naar Thailand.

Sie sind in Thailand geboren.

Zij waren geboren in Thailand.

Die Amtssprache in Thailand ist Thai.

- Thai is de officiële taal in Thailand.
- De bestuurstaal in Thailand is Thai.

Hast du irgendwelche anderen Reiseführer über Thailand?

Heb je nog andere reisgidsen over Thailand?

Er hat endlich seinen Plan umgesetzt, nach Thailand zu gehen.

Uiteindelijk heeft hij zijn plan om naar Thailand te reizen doorgezet.

- Bangkok ist die Hauptstadt Thailands.
- Bangkok ist die Hauptstadt von Thailand.

Bangkok is de hoofdstad van Thailand.

Die Anzahl der Europäer, die jedes Jahr Thailand besuchen, ist sehr hoch.

Het aantal Europeanen dat elk jaar Thailand bezoekt is erg groot.

- Bangkok ist die Hauptstadt Thailands.
- Bangkok ist die Hauptstadt von Thailand.
- Bangkok ist Thailands Hauptstadt.

Bangkok is de hoofdstad van Thailand.