Examples of using "Fackel" in a sentence and their dutch translations:
Deze fakkel wordt alsmaar zwakker.
Hieruit kunnen we een fakkel maken.
En de fakkel flakkert ook.
Welke fakkel denk je dat de beste lichtbron is?
Voordat ik ga gooi ik deze naar beneden.
Welke fakkel denk je dat de beste lichtbron is?
Ik moet voorzichtig zijn met deze fakkel. Dat zou wel eens buskruit kunnen zijn.
Dit zou wel eens kunnen werken als fakkel. We binden het erop met wat parachutekoord.
Ik moet voorzichtig zijn met deze fakkel. Dat kon wel eens buskruit zijn.
Oké, laten we 't proberen. We leggen onze fakkel neer.
Het wordt hier moeilijker ademhalen. De fakkel brandt ook lang niet zo helder meer.