Translation of "Welche" in Dutch

0.015 sec.

Examples of using "Welche" in a sentence and their dutch translations:

Welche?

Welke?

Welche Freude!

Wat een vreugde!

- Welches?
- Welche?

Welke?

- Welcher?
- Welche?

Welke?

Welche Verwirrung!

Wat een verwarring!

- Welche Zeitung nimmt er?
- Welche Zeitung nimmt sie?
- Welche Zeitung nehmen Sie?

Welke krant neemt u?

- Welche Zeitung liest du?
- Welche Zeitung lest ihr?
- Welche Zeitung lesen Sie?

- Welke krant lees jij?
- Welke krant leest u?

- Welche Tasse ist deine?
- Welche Tasse gehört dir?
- Welche ist deine Tasse?

Welke tas is van jou?

- Welche Zimmernummer haben Sie?
- Welche Zimmernummer hast du?
- Welche Zimmernummer habt ihr?

- Wat is je kamernummer?
- Wat is uw kamernummer?
- Wat is jullie kamernummer?
- Wat is jouw kamernummer?

- Welche Schuhgröße hast du?
- Welche Schuhgröße habt ihr?

Welke schoenmaat heb je?

- Welche Schuhgröße haben Sie?
- Welche Schuhgröße habt ihr?

Welke schoenmaat heeft u?

Um welche Zeit?

Hoe laat ongeveer?

Um welche Uhrzeit?

- Hoe laat?
- Om hoe laat?

Welche gehören Taro?

Welke zijn die van Taro?

Welche ist besser?

Welke is beter?

- Welches?
- Welcher?
- Welche?

Welke?

- Welche Länder hast du besucht?
- Welche Länder habt ihr besucht?
- Welche Länder haben Sie besucht?

Welke landen heb je bezocht?

- Welches möchtest du?
- Welche möchtest du?
- Welchen möchtest du?
- Welche möchten Sie?
- Welche möchtet ihr?

Welke zou jij leuk vinden?

- Welche Schuhe werden Sie anziehen?
- Welche Schuhe ziehst du an?

Welke schoenen trek je aan?

- Auf welche Schule gehst du?
- In welche Schule gehst du?

- Naar welke school ga je?
- Naar welke school ga jij?

- Welche Marke ziehst du vor?
- Welche Marke magst du lieber?

Welk merk heb je het liefst?

- Welche CD willst du anhören?
- Welche CD willst du hören?

Welke cd wil je beluisteren?

- Welche Fremdsprachen haben Sie gelernt?
- Welche Fremdsprachen hast du gelernt?

- Welke vreemde talen heeft u gestudeerd?
- Welke vreemde talen heb je gestudeerd?

Welche Schuhgröße haben Sie?

Welke schoenmaat heeft u?

Welche Mannschaft wird gewinnen?

Welk team zal winnen?

Welche Tüte ist deine?

- Welke zak is van jou?
- Welke tas is van jou?

Welche Seite hat gewonnen?

Welke kant heeft gewonnen?

Welche Sprachen sprichst du?

- Welke talen spreek je?
- Welke talen spreekt u?
- Welke talen spreken jullie?

Welche Instrumente spielst du?

Welke instrumenten speel je?

Welche Blutgruppe haben Sie?

Wat is uw bloedgroep?

Welche Rechte haben sie?

Wat zijn hun rechten?

Welche Möglichkeiten gibt es?

- Wat zijn de opties?
- Wat zijn de mogelijkheden?

Welche Zimmer sind frei?

Welke kamers zijn er vrij?

Welche ist deine Tasche?

Welke zak is van jou?

Welche Frucht ist rot?

Welke vrucht is rood?

Welche Blutgruppe hast du?

- Wat is uw bloedgroep?
- Wat is je bloedgroep?

Welche Haarfarbe hat Tom?

Wat is de kleur van Tom zijn haar?

Welche Staatsangehörigkeit haben Sie?

- Wat is jouw nationaliteit?
- Wat is uw nationaliteit?
- Wat is jullie nationaliteit?

Welche Farben mögen Sie?

- Welke kleuren hou je van?
- Van welke kleuren hou je?

Welche Sprache sprechen sie?

Welke taal spreken zij?

Welche Spiele hast du?

- Welke games heb je?
- Welke spellen heb je?

Welche Musik mögen Sie?

Van welke muziek houdt u?

Welche Sprache sprichst du?

Welke taal spreek je?

Welche Bücher magst du?

Wat voor boeken hou je van?

Welche Sprache ist das?

Welke taal is het?

Welche Frucht ist gelb?

Welke vrucht is geel?

Welche Nationalität hast du?

- Wat is jouw nationaliteit?
- Wat is uw nationaliteit?
- Wat is jullie nationaliteit?

Welche Zeitung lesen Sie?

Welke krant leest u?

Welche Zeitung liest du?

Welke krant lees jij?

Er wollte sich welche holen.

En hij kwam die documenten halen.

Welche Buslinie muss ich nehmen?

Welke buslijn moet ik nemen?

Welche ist die heißeste Jahreszeit?

Wat is het warmste seizoen?

Welche Schuhe ziehst du an?

Welke schoenen trek je aan?

Welche Zeitung liest du meistens?

Welke krant lees je meestal?

Welche Mannschaft ist die unsere?

- Welk team is het onze?
- Welk team is van ons?

Welche Größe haben diese Schuhe?

Welke maat zijn deze schoenen?

Welche Schule ist die beste?

Welke school is het beste?

Welche Sprachen sprichst du, Tom?

Welke talen spreek je, Tom?

Welche Wahl hatte ich denn?

Welke keuze had ik dan?

Welche ist die korrekte Datei?

Welk bestand is het juiste?

Welche Länder grenzen an Slowenien?

Welke landen grenzen aan Slovenië?

In welche Richtung gehst du?

Waar gaan jullie naartoe?

Über welche Berufserfahrung verfügen Sie?

Wat voor werkervaring heb je?

Welche Farbe hat der Vogel?

Welke kleur heeft de vogel?

Welche Oberschule hast du besucht?

Naar welke middelbare school ging jij?