Examples of using "Sentais" in a sentence and their dutch translations:
Ik voelde me alleen.
- Ik voelde me zeer gelukkig.
- Ik voelde me heel gelukkig.
Ik voelde me nostalgisch.
- Ik voelde me zelfzeker.
- Ik voelde me zelfverzekerd.
Ik voelde me alleen.
Ik voelde me alleen.
Ik voelde me zeer gelukkig.
Ik voelde me schuldig en verdrietig.
Ik voelde me veiliger.
Ik was eenzaam zonder haar.
- Ik schaamde me eerst.
- Ik voelde me eerst gegeneerd.
- Ik schaamde me eerst.
- Ik voelde me eerst gegeneerd.
ik me niet boos voelde.
Tijdens mijn jeugd voelde ik me erg Argentijns,
Ik voelde het echt. Dat grote wezen.
Ik deed alsof ik sterk was als ik me niet zo voelde,
Ik wist niet dat je je zo slecht voelt.
Maar hier, te midden van de levenden, voelde ik me een oplichter,
Het voelde net zo makkelijk als een boswandeling,
Ik voelde me slecht.
Ik voelde me niet zo goed, maar toch ging ik werken.
- Ik schaamde me eerst.
- Ik voelde me eerst gegeneerd.
- Ik voelde me eerst verlegen.
Van iedereen in de familie voelde ik de diepste band met mijn oma.
Ik voelde mij het slachtoffer worden van een krachtmeting tussen de verschillende sferen die mij omringden.
Ik voelde me slecht.
Toen ik vanochtend wakker werd, voelde ik me ziek.