Examples of using "Présenter" in a sentence and their dutch translations:
- Ga en stel jezelf voor!
- Ga jezelf voorstellen!
Ik wilde mezelf voorstellen.
Laat me mezelf voorstellen.
Ik wil me verontschuldigen.
Mag ik mij voorstellen?
Ik wilde mezelf voorstellen.
U zou zich moeten voorstellen.
Laat mij toe u mijn echtgenote voor te stellen.
- Laat mij u mijn zuster voorstellen.
- Laat me je mijn zuster voorstellen.
Je hoeft je niet te verontschuldigen.
Ik wil me verontschuldigen.
Jullie zouden om verontschuldiging moeten vragen.
Ik laat je jezelf voorstellen.
- Je hoeft je niet te verontschuldigen.
- U hoeft zich niet te verontschuldigen.
Ik zal je aan mijn moeder voorstellen.
Ik zal je aan mijn moeder voorstellen.
Staat u mij toe u mijn echtgenote voor te stellen.
Ik moet haar beter mijn excuses aanbieden.
Laat mij u mijn zuster voorstellen.
Laat mij u mijn zuster voorstellen.
Laat me je voorstellen aan meneer Brown.
Jullie zouden om verontschuldiging moeten vragen.
Kun je jezelf even kort voorstellen?
Wel, laat me je voorstellen aan mijn vriendin Cayla.
Je had je aan het meisje moeten voorstellen.
Ik ga je aan de rest van de bemanning voorstellen.
en vandaag wil ik jullie een nieuw type robot laten zien,
Mag ik mezelf voorstellen? Mijn naam is Tom Frisch.
Ik stapte naar voren om deze grafieken te bekijken
Er wordt een nieuw lid voorgesteld.
Ik heb nog niet de kans gehad mij aan haar voor te stellen.
Mag ik mij voorstellen?
- Zonder verder omhaal, laat me de gast van vanavond voorstellen.
- Zonder verder omhaal, staat u mij toe de gast van vanavond voor te stellen.
Stel uzelf ten eerste maar even pakweg drie minuten voor, alstublieft.
Ik wil mijn excuses aanbieden voor alle dingen die ik eerder vandaag zei.
- Jij moet je excuses aanbieden.
- Je zou je moeten verontschuldigen.