Translation of "Miracles" in Dutch

- Crois-tu aux miracles ?
- Croyez-vous aux miracles ?

Geloof jij in wonderen?

- L'amour fait des miracles.
- L'amour, ça fait des miracles.

De liefde doet wonderen.

Crois-tu aux miracles ?

Geloof jij in wonderen?

La foi fait des miracles !

Geloof doet wonderen!

Tom croit-il aux miracles ?

Gelooft Tom in mirakels?

L'amour, ça fait des miracles.

De liefde doet wonderen.

Mais dès qu'ils le trouvent, ils réalisent des miracles.

Maar als ze erachter komen doen ze wonderbaarlijke dingen.

On estime que le Christ a accompli de nombreux miracles.

Er wordt aangenomen dat Christus heel wat mirakels verrichtte.

Et ils passent tant de temps à prier pour des miracles

Ze besteden zoveel tijd aan bidden om wonderen

C'est dommage qu'on ne puisse pas acheter des miracles comme on achète des pommes de terre.

Het is jammer dat we geen wonderen kunnen kopen, net zoals we aardappelen kopen.