Examples of using "Mangea" in a sentence and their dutch translations:
Hij at de hele appel op.
- Tom heeft iets gegeten.
- Tom at iets.
Yann at brood.
Ze heeft tomaten gegeten.
De kat at de muis.
- Hij at de hele appel.
- Hij at de hele appel op.
De hond heeft mijn schoen opgegeten.
Tom at alleen.
- Tom at snel.
- Tom heeft snel gegeten.
Tom at de rest van de pizza.
Hij at wat zand.
Tom heeft mijn lunch opgegeten.
De man at brood.
De kat at de muis.
Het eekhoorntje at uit haar hand.
Ze at tomaten.
Gezien hij geen mogelijkheid had om vuur te maken, at hij de vis rauw.
De kat at de muis.