Examples of using "Berger" in a sentence and their dutch translations:
Tom is een herder.
- De herder is op zoek naar het verloren schaap.
- De herder zoekt naar het verloren schaap.
Hij is een herder, net als zijn vader.
Een herdershond drijft een kudde schapen naar de weide.
De drie voortreffelijkste bezittingen van de herder zijn zijn geweer, zijn paard en zijn hond.