Translation of "Appris" in Dutch

- Qu'as-tu appris ?
- Qu'avez-vous appris ?

Wat heb je geleerd?

- Tu apprenais.
- Tu as appris.
- Vous avez appris.

- U hebt geleerd.
- Jullie leerden.

J'ai beaucoup appris.

Ik heb veel geleerd.

Vous avez appris.

U hebt geleerd.

J'ai tellement appris.

Ik heb zo veel geleerd.

Elle a appris.

Ze leerde.

- Où as-tu appris ça ?
- Où avez-vous appris ça ?
- Où avez-vous appris cela ?

Waar heb je dat geleerd?

- Où as-tu appris ça ?
- Où avez-vous appris cela ?

Waar heb je dat geleerd?

- J'ai beaucoup appris de toi.
- J'ai beaucoup appris de vous.

Ik heb veel van je geleerd.

Celui qui pense qu'il a assez appris n'a rien appris.

Hij die denkt genoeg te hebben geleerd, heeft niets geleerd.

- J'ai beaucoup appris de toi.
- J'ai beaucoup appris de vous.
- J'ai appris beaucoup de choses avec toi.

Ik heb veel van je geleerd.

Personne ne m'a appris.

Niemand heeft het me geleerd.

Tom a appris l'italien.

Tom leerde Italiaans.

- J'ai appris à vivre sans elle.
- J’ai appris à vivre sans elle.

- Ik heb geleerd te leven zonder haar.
- Ik heb zonder haar leren leven.

- Où avez-vous appris le français ?
- Où as-tu appris le français ?

Waar heb je Frans geleerd?

- Quand as-tu appris à nager ?
- Quand avez-vous appris à nager ?

Wanneer heb je leren zwemmen?

- Où as-tu appris à tirer ?
- Où avez-vous appris à tirer ?

- Waar heb jij schieten geleerd?
- Waar heeft u schieten geleerd?

- J'ai appris beaucoup des auteurs modernes.
- J'ai beaucoup appris des auteurs modernes.

Ik heb veel geleerd over moderne schrijvers.

Je l'ai appris de toi.

Ik heb het van jou geleerd.

Il m'a appris à nager.

Hij heeft mij leren zwemmen.

Il nous a appris l'anglais.

Hij leert ons Engels.

Mlle. Green m'a appris l'anglais.

Juffrouw Green leerde mij Engels.

J'ai beaucoup appris de Tom.

Ik heb veel van Tom geleerd.

J'ai beaucoup appris de toi.

Ik heb veel van je geleerd.

Je l'ai appris à l'école.

Ik heb het op school geleerd.

Où as-tu appris ça ?

Waar heb je dat geleerd?

Nous avons appris le français.

- We hebben Frans geleerd.
- We leerde Frans.

Tom m'a appris à chanter.

Tom heeft me leren zingen.

- Tom apprenait.
- Tom a appris.

- Tom was aan het leren.
- Tom leerde.

Elle m'a appris à nager.

Ze heeft mij leren zwemmen.

Un étranger m'a appris l'anglais.

Een buitenlander heeft me Engels geleerd.

- Où as-tu appris à parler français ?
- Où avez-vous appris à parler français ?

- Waar heb je Frans leren spreken?
- Waar heeft u Frans leren spreken?
- Waar hebben jullie Frans leren spreken?

- N'as-tu rien appris de tes erreurs ?
- N'avez-vous rien appris de vos erreurs ?

Heb je niets van je fouten geleerd?

Savez-vous ce que j’ai appris ?

Weet je wat ik geleerd heb?

C'est ainsi que j'ai appris l'allemand.

En zo heb ik Duits geleerd.

J'ai appris ma grammaire abstraite ainsi.

Zo heb ik mijn abstracte grammatica geleerd.

En 2012, j'ai appris le russe.

In 2012 leerde ik Russisch.

J'ai appris cette technique dans l'armée.

Ik heb leren kruipen als een commando in het leger.

En jouant, nous avons tellement appris.

En door te spelen, leerden we zo veel.

Et appris qu'elles pouvaient en profiter.

...en weten dat ze kansen bieden.

Elle m'a appris à me considérer

Wat ze me leerde, was te voelen...

Où as-tu appris le français ?

Waar heb je Frans geleerd?

J'ai beaucoup appris ce week-end.

Ik heb dit weekend veel geleerd.

Où a-t-elle appris l'italien ?

Waar heeft zij Italiaans geleerd?

Où a-t-elle appris ça ?

Waar heeft ze dat geleerd?

Qui t'as appris à faire ça ?

- Wie heeft u dat geleerd?
- Wie heeft je dat geleerd?

J'ai appris à penser comme Tom.

Ik heb geleerd als Tom te denken.

J'ai appris à vivre sans elle.

Ik heb geleerd te leven zonder haar.

Je l’ai appris de source sûre.

Ik was dat van een betrouwbare bron te weten gekomen.

J'ai appris cela lorsque j'étais enfant.

Ik heb dat geleerd toen ik een kind was.

Quand as-tu appris à nager ?

Wanneer heb je leren zwemmen?

J'ai appris beaucoup des auteurs modernes.

Ik heb veel geleerd over moderne schrijvers.

Où a-t-il appris l'italien ?

Waar heeft hij Italiaans geleerd?

Aujourd'hui j'ai appris un mot nouveau.

Vandaag heb ik een nieuw woord geleerd.

J'ai appris le français à l'école.

Ik heb Frans op school geleerd.

Où as-tu appris à tirer ?

Waar heb jij schieten geleerd?

- Je n'ai pas encore appris à conduire.
- Conduire une auto, ça je n'ai pas encore appris.

Ik heb nog niet geleerd om auto te rijden.

À chaque nouvelle expérience, j'ai beaucoup appris.

Tijdens elk van die ervaringen heb ik veel geleerd.

J'ai appris une leçon ce jour-là.

Ik leerde hiervan.

En chemin, j'ai appris quelques précieuses leçons.

Ik heb gaandeweg een paar waardevolle lessen geleerd.

As-tu appris le poème par cœur ?

Heb je het gedicht uit je hoofd geleerd?

Il a appris à élever du bétail.

Hij leerde veehouderij.

Il m'a appris comment épeler ce mot.

Hij heeft me geleerd hoe dat woord wordt gespeld.

Merci beaucoup. J’ai encore appris quelque chose.

Hartelijk dank. Ik heb nog iets bijgeleerd.

Je n'ai pas encore appris à conduire.

Ik heb nog niet geleerd om auto te rijden.

Avez-vous appris le numéro par cœur ?

Hebt gij het nummer van buiten geleerd?

J'ai appris beaucoup de lui sur l'astronomie.

Ik heb van hem veel over astronomie geleerd.

Tom a appris le langage des signes.

Tom heeft gebarentaal geleerd.

J'ai appris ça quand j'étais au lycée.

Dat heb ik geleerd toen ik op de middelbare school zat.

Nous avons appris la violence de vous.

- We hebben van jullie geweld geleerd.
- We hebben geweld van jullie geleerd.

Ce que nous avons appris sur la corruption,

wat we over corruptie geleerd hebben,

Ce que nous avons appris sur Nixon depuis -

wat we sindsdien over Nixon geleerd hebben --

Entre 2013 et 2015, j'ai appris le hongrois.

Van 2013 tot 2015 leerde ik Hongaars.

J'ai appris à parler couramment le jargon médical,

Ik leerde het medisch jargon spreken,

Reconnaît avoir beaucoup appris de l'exemple de Lefebvre.

erkende dat hij veel van Lefebvre's voorbeeld had geleerd.

J'ai appris par la suite qu'il était homosexuel.

Ik kwam er later achter dat hij homo was.