Examples of using "Kieliä" in a sentence and their dutch translations:
Ik hou van talen.
Hoeveel talen kan Tom spreken?
- Ik vind het leuk om talen te leren.
- Ik vind talen leren leuk.
- Ik hou van talen leren.
Welke talen worden in Korea gesproken?
- Welke talen spreek je?
- Welke talen spreekt u?
- Welke talen spreken jullie?
Ik hou van talen leren.
Welke talen spreek je, Tom?
Door Tatoeba te gebruiken leert men talen.
- Hoe ouder ge wordt, hoe moeilijker het wordt een nieuwe taal te leren.
- Hoe ouder ge zijt, hoe moeilijker het is een taal te leren.
- Hoe ouder je wordt, des te moeilijker wordt het een nieuwe taal te leren.
Duits, Nederlands, Noors en Engels zijn Germaanse talen.
Talen zijn niet gebeiteld in steen. Talen leven door ons allemaal.
„Welke talen ken jij, Tom?” – „C++ en Java, bovendien ook een beetje PHP. En jij, Maria?” – „Frans, Japans en Hebreeuws.”