Translation of "Questions" in Dutch

0.010 sec.

Examples of using "Questions" in a sentence and their dutch translations:

Four questions.

Vier vragen.

Simple questions.

Simpele vragen.

Any questions?

- Zijn er vragen?
- Vragen?

Anymore questions?

- Zijn er nog vragen?
- Nog vragen?

Answer my questions.

Beantwoord mijn vragen.

I have questions.

Ik heb vragen.

- Do you have any questions?
- Do you have a question?
- Are there any questions?
- Any questions?

Heb je vragen?

- He cannot answer their questions.
- He can't answer their questions.

- Hij kan niet antwoorden op hun vragen.
- Hij kan hun vragen niet beantwoorden.

- Have you any further questions?
- Do you have any further questions?
- Do you have any more questions?

- Heeft u nog vragen?
- Hebben jullie verder nog vragen?

- Feel free to ask any questions.
- Don't be afraid to ask questions.
- Don't hesitate to ask questions.

Stel maar gerust vragen.

Questions started pouring in,

Ik werd overstelpt met vragen

Your first questions is --

Jullie eerste vraag is

Are there any questions?

- Zijn er vragen?
- Zijn er nog vragen?

He asked her questions.

- Hij stelde haar vragen.
- Hij heeft haar vragen gesteld.

These are the questions.

Dit zijn de vragen.

- Ask questions.
- Ask me.

Vraag het me!

Those are fair questions.

Dat zijn eerlijke vragen.

I still have questions.

Ik heb nog steeds vragen.

I have more questions.

- Ik heb nog meer vragen.
- Ik heb meer vragen.

You ask dumb questions.

- Jij stelt domme vragen.
- Je stelt domme vragen.

Those were stupid questions.

Dat waren domme vragen.

Let's ask some questions.

Laten we een paar vragen stellen.

- Have you any further questions?
- Do you have any further questions?

Heeft u nog vragen?

- Do you have any further questions?
- Do you have any more questions?

- Heeft u nog vragen?
- Hebben jullie verder nog vragen?

- I would like to address two questions.
- I would like to ask two questions.
- I’d like to ask two questions.

Ik zou twee vragen willen stellen.

To answer your child's questions,

om vragen van je kind te beantwoorden

Do you have any questions?

Hebt u vragen?

Your questions were too direct.

Jouw vragen waren te direct.

He often asks silly questions.

Hij stelt vaak domme vragen.

Can I ask some questions?

Mag ik enkele vragen stellen?

I have no further questions.

Ik heb geen verdere vragen.

There are no stupid questions.

Er zijn geen domme vragen.

She avoided answering my questions.

Zij ontweek mijn vragen.

Don't ask so many questions.

Stel niet zo veel vragen!

He asked me two questions.

Hij stelde mij twee vragen.

Don't hesitate to ask questions.

Stel maar gerust vragen.

- Answer me.
- Answer my questions.

Beantwoord mijn vragen.

You must answer these questions.

Je moet deze vragen beantwoorden.

Does she answer the questions?

Antwoordt ze op de vragen?

She asked him some questions.

- Zij stelde hem een paar vragen.
- Zij heeft hem een paar vragen gesteld.

Tom asked questions about you.

Tom stelde vragen over jou.

Tom kept asking Mary questions.

Tom bleef Mary vragen stellen.

Tom asked questions about viruses.

Tom stelde vragen over virussen.

- Please feel free to ask me questions.
- Don't hesitate to ask me questions.

Aarzel niet me vragen te stellen.

- May I ask a couple of questions?
- May I ask a few questions?

Mag ik een paar vragen stellen?

- He asked a few questions of me.
- He asked me a few questions.

Hij vroeg me een paar vragen.

- I couldn't answer all the questions.
- I couldn't answer all of the questions.

Ik kon niet alle vragen beantwoorden.

- You don't have to answer these questions.
- You don't have to answer those questions.

- U moet die vragen niet beantwoorden.
- Je hoeft die vragen niet te beantwoorden.

And these questions, though seemingly uncomfortable,

En deze vragen, hoe ongemakkelijk ze ook lijken,

Don't be afraid to ask questions.

Wees niet bang om vragen te stellen.

I really enjoy your accurate questions.

Ik ben echt blij met uw precieze vragen.

Nobody asked questions about my country.

Niemand stelde vragen over mijn land.

I asked the doctor some questions.

Ik heb enkele vragen gesteld aan de dokter.

We've got some questions for Tom.

We hebben een paar vragen voor Tom.

Answer the following questions in English.

Geef in het Engels antwoord op de volgende vragen.

Do you have any further questions?

Heeft u nog vragen?

Bob can answer all the questions.

Bob kan alle vragen beantwoorden.

I asked each boy three questions.

Aan elke jongen stelde ik drie vragen.

I think you've asked enough questions.

Ik denk dat je genoeg vragen hebt gesteld.

You ask a lot of questions.

Je stelt een heleboel vragen.

Tom asked me a few questions.

Tom heeft me een paar vragen gesteld.

I couldn't answer all the questions.

Ik kon niet alle vragen beantwoorden.

Tom asked a lot of questions.

Tom stelde veel vragen.