Translation of "Grew" in Dutch

0.008 sec.

Examples of using "Grew" in a sentence and their dutch translations:

- Tom grew a mustache.
- Tom grew a moustache.

Tom heeft een snor laten groeien.

They grew closer.

Ze kwamen dichter bij elkaar.

She grew roses.

Ze kweekte rozen.

They grew frustrated.

- Ze raakten gefrustreerd.
- Ze zijn gefrustreerd geraakt.

He grew old.

Hij werd oud.

We grew up together.

- We zijn samen opgegroeid.
- We groeiden samen op.

The crowd grew rapidly.

De menigte groeide snel.

Our babies grew up.

groeiden onze kinderen op.

The situation grew worse.

De situatie is verergerd.

I grew up bilingual.

Ik ben tweetalig opgegroeid.

Sami grew up here.

Sami groeide hier op.

I grew up here.

Ik ben hier opgegroeid.

- I grew up on watching Pokémon.
- I grew up watching Pokemon.

Ik ben met Pokémon opgegroeid.

And then, slowly, as the arm grew, she grew her confidence back.

En terwijl hij groeide, kreeg ze haar zelfvertrouwen terug.

- Her hair grew back.
- Her hair grew back to it's original length.

Haar haar groeide terug naar z'n originele lengte.

- I grew up in this neighborhood.
- I grew up in that neighborhood.

- Ik ben opgegroeid in deze buurt.
- Ik groeide op in deze buurt.
- Ik ben in deze buurt opgegroeid.

He grew up in Germany.

- Hij groeide op in Duitsland.
- Hij is opgegroeid in Duitsland.

I grew up with them.

Ik groeide op met hen.

He grew up in Australia.

Hij groeide op in Australië.

I grew up in Australia.

- Ik ben opgegroeid in Australië.
- Ik groeide op in Australië.

I grew up in Boston.

Ik groeide op in Boston.

Layla grew up with boys.

Layla is opgegroeid met jongens.

- She grew up in the German Democratic Republic.
- She grew up in the GDR.

- Ze is opgegroeid in de Duitse Democratische Republiek.
- Ze is opgegroeid in de DDR.

The sound grew fainter and fainter.

Het geluid werd steeds zachter.

I grew up in the country.

- Ik groeide op in het land.
- Ik ben opgegroeid op het platteland.

I grew up in the woods.

- Ik ben opgegroeid in de bossen.
- Ik groeide op in de bossen.

I grew up here in Boston.

Ik ben opgegroeid hier in Boston.

I grew up in that house.

- Ik ben opgegroeid in dat huis.
- Ik groeide op in dat huis.

I grew up in the mountains.

- Ik ben opgegroeid in de bergen.
- Ik groeide op in de bergen.

I grew up in this house.

Ik ben in dit huis opgegroeid.

I grew up near a river.

- Ik groeide op in de buurt van een rivier.
- Ik ben opgegroeid in de buurt van een rivier.

I grew up in that neighborhood.

Ik ben in die buurt opgegroeid.

I grew up eating Japanese food.

Ik ben opgegroeid met de Japanse keuken.

Tom grew up in an orphanage.

Tom is in een weeshuis opgegroeid.

Sami grew up as a Muslim.

Sami groeide op als moslim.

I grew up in this neighborhood.

Ik groeide op in deze buurt.

- Tom said he grew up in Boston.
- Tom said that he grew up in Boston.

Tom zei dat hij in Boston opgroeide.

I grew up in Kootenai County, Idaho,

Ik ben opgegroeid in Kootenai County, Idaho.

The house that I grew up in,

het huis waarin ik ben opgegroeid,

He grew up in a little village.

Hij is in een klein dorp opgegroeid.

Sami grew up in a Muslim community.

Sami groeide op in een moslimgemeenschap.

- Look, a tomato which grew up listening to Mozart!
- Here's a tomato, that grew while listening to Mozart.

Kijk, een tomaat die opgroeide met het luisteren naar Mozart!

I grew up in a working-class family,

Ik groeide op in een arbeidersgezin

A small village grew into a large city.

Een klein dorp groeide uit tot een grote stad.

It grew cold as the sun went down.

Het werd koud met het ondergaan van de zon.

I remember the house where I grew up.

Ik herinner me het huis waar ik opgegroeid ben.

Tom grew up in a small fishing village.

Tom groeide op in een klein vissersdorpje.

He grew a beard to look more mature.

Hij liet zijn baard staan om ouder te lijken.

The Japanese economy grew by 4% last year.

De Japanse economie is vorig jaar met 4 % gegroeid.

I grew up with this tradition in Belgium.

Ik ben opgegroeid met deze traditie in België.

I grew up on a farm in Australia.

Ik ben op een boerderij in Australië opgegroeid.

And as we moved forward, her excitement only grew,

Toen we verder naar voren gingen, raakte ze nog enthousiaster.

It was everywhere around myself when I grew up.

Het was overal om me heen te zien toen ik opgroeide.

I grew up watching "Star Trek" and "Forbidden Planet,"

Ik ben opgegroeid met ‘Star Trek’ en ‘Forbidden Planet’

He grew up to be a very reliable man.

Hij werd een heel betrouwbare man.

Sami grew up thinking that all Muslims were terrorists.

Sami groeide op met de gedachte dat alle moslims terroristen waren.

Sami grew up in a very religious Muslim family.

Sami groeide op in een zeer religieus moslimgezin.

He grew up in a house that was haunted.

Hij is opgegroeid in een huis waar het spookt.

She grew up in a house that was haunted.

Ze is opgegroeid in een huis waar het spookt.

I'm born in Algeria and grew up in Germany.

Ik ben geboren in Algerije en groeide op in Duitsland.

- Sami grew up in a small Muslim community in Eastern Europe.
- Sami grew up in a tiny Muslim community in Eastern Europe.

Sami groeide op in een kleine moslimgemeenschap in Oost-Europa.

And the epidemic grew to kill more than 11,000 people.

De epidemie breidde uit tot meer dan 11.000 mensen eraan stierven.

- It's got cold.
- The weather got cold.
- It grew cold.

Het is koud geworden.

- I grew up in Boston.
- I was raised in Boston.

Ik groeide op in Boston.

- Tom grew up in Boston.
- Tom was raised in Boston.

Tom groeide op in Boston.

The house I grew up in was demolished last week.

Het huis waarin ik ben opgegroeid, is vorige week gesloopt.

Many people in my grandfather's generation grew up on farms.

Veel mensen van de generatie van mijn grootvader zijn opgegroeid in de boerderij.

I want to see the house you grew up in.

Ik wil het huis zien waar je bent opgegroeid.