Examples of using "Crashed" in a sentence and their dutch translations:
Ze zijn gecrasht.
- Tom is gecrasht.
- Tom crashte.
- Tom is neergestort.
- Tom is verongelukt.
Toms vliegtuig stortte neer.
Het vliegtuig is neergestort.
De twee auto's botsten.
- Tom crashte tegen de auto van Mary.
- Tom reed tegen de auto van Mary.
- Hij reed tegen een boom.
- Hij crashte tegen een boom.
- Hij knalde tegen een boom.
De auto botste met de vrachtwagen.
Het schip liep te pletter op de rotsen.
- De auto crashte tegen de muur.
- De auto reed tegen de muur.
- De auto botste tegen de muur.
Maria botste tegen een verkeerslicht.
Een 737 MAX is in Ethiopiƫ neergestort.
- Tom weet wie er tegen de auto van Maria is gereden.
- Tom weet wie er op de auto van Maria is gebotst.
De auto botste tegen de straatverlichting.
We weten dat het vliegtuig is neergestort in deze 80 vierkante kilometer... ...woestijn, 'Hell's Canyon' genaamd.