Translation of "Stoort" in Spanish

- Stoort dat u?
- Stoort dat jullie?
- Stoort dat je?

¿Eso te molesta?

Dit lawaai stoort.

- Este ruido es molesto.
- Este boche es fastidioso.

Het lawaai stoort me.

El ruido me jode.

Dat egoïsme van je stoort me.

Me molesta tu egoísmo.

Stoort het u als ik hier rook?

- ¿Le importa si fumo aquí?
- ¿Le importaría si fumo aquí?
- ¿Te importa si fumo aquí?

Stoort het u, als ik de deur opendoe?

¿Te importa si abro la puerta?

Het stoort mij dat ik mijn rekenfout niet vind.

Me altera no encontrar mi error de cálculo.

Tom stoort het niet Maria af en toe te helpen.

A Tom no le importa ayudar ocasionalmente a Mary.

Ik weet niet waarom ze er in mijn dromen niet is. Misschien wil ze er niet zijn zodat ze me niet stoort.

No sé por qué ella no está en mis sueños. Quizás no quiera estar ahí para no molestarme.