Translation of "Juist" in Polish

Juist.

Cóż.

Juist!

Dokładnie!

- Correct!
- Juist!

Dobrze!

- Precies!
- Juist!
- Exact!

- Właśnie tak!
- Racja!

De zin "Deze zin is grammatisch juist" is grammatisch juist.

Zdanie "To zdanie jest poprawne gramatycznie." jest poprawne gramatycznie.

Is deze zin juist?

Czy to zdanie jest poprawne?

Wat betekent dit juist?

Co to dokładnie znaczy?

Beide uitspraken zijn juist.

Obie wymowy są poprawne.

Is mijn antwoord juist?

Czy moja odpowiedź jest poprawna?

- Uw antwoord is juist.
- Jouw antwoord is juist.
- Jouw antwoord is goed.

Twoja odpowiedź jest poprawna.

De lichtniveaus moeten precies juist zijn.

Oświetlenie musi być odpowiednie.

Je hebt het inderdaad juist voor.

Właściwie masz rację.

De kersenbomen komen juist in bloei.

Wiśnie właśnie zaczynają kwitnąć.

Hij werd Facundo genoemd. Juist. BEDANKT, PEPE

Miał przydomek Facundo. DZIĘKUJEMY CI, PEPE

Ik weet niet juist wanneer ik terugkom.

Nie wiem dokładnie, kiedy będę z powrotem.

- Loopt je horloge goed?
- Loopt uw horloge juist?

Czy twój zegarek dobrze chodzi?

- Ja. Dat is juist.
- Ja, dat is correct.

Tak. To prawda.

- Ik heb zojuist ontbeten.
- Ik heb juist ontbeten.

Właśnie skończyłem śniadanie.

Ik ontmoette hem juist toen hij uit school kwam.

Spotkałem go jak wychodził ze szkoły.

De kerk is juist aan de overkant van de straat.

Kościół jest po drugiej stronie ulicy.

- Ik heb juist gegeten.
- Ik ben net klaar met eten.

Właśnie skończyłem jeść.

- Dat is nu juist het probleem.
- Dat is waar het probleem ligt.

To tam jest problem.

- Ik ben zojuist uit Groot-Brittannië gekomen.
- Ik kwam juist terug uit Groot-Brittannië.

Własnie przyjechałem z Wielkiej Brytanii.

- Ik weet niet precies waar ik geboren ben.
- Ik weet niet juist waar ik geboren ben.

Nie wiem gdzie dokładnie zostałam urodzona.