Translation of "Bouwen" in German

0.011 sec.

Examples of using "Bouwen" in a sentence and their german translations:

We bouwen huisjes...

Häuschen für sie zu bauen

Vogels bouwen nesten.

Vögel bauen Nester.

Spinnen bouwen webben.

Spinnen spinnen Netze.

- Wil je een sneeuwpop bouwen?
- Wilt u een sneeuwpop bouwen?
- Willen jullie een sneeuwpop bouwen?

- Willst du einen Schneemann bauen?
- Wollt ihr einen Schneemann bauen?

Waar we op kunnen bouwen,

auf den wir uns immer verlassen können,

De wegen die we bouwen

Die von uns gebauten Straßen

De kinderen bouwen een sneeuwpop.

Die Kinder bauen einen Schneemann.

Ze zullen een huis bouwen.

Sie werden ein Haus bauen.

Mijn hobby is modelvliegtuigjes bouwen.

Mein Hobby ist Modellflugzeugbau.

Wil je een sneeuwpop bouwen?

Willst du einen Schneemann bauen?

Konden mijn ouders een ​​appartementsblok bouwen

konnten meine Eltern eine Wohnung bauen,

Deze veelzijdige mossels bouwen koraalriffen op.

Die vielseitigen Muscheln bauen Riffe,

Niemand beoogt een muur te bouwen.

Niemand hat die Absicht, eine Mauer zu errichten.

Ze beslisten een brug te bouwen.

Sie entschieden sich, eine Brücke zu bauen.

- Spinnen bouwen webben.
- Spinnen maken webben.

- Spinnen spinnen Netze.
- Spinnen weben Netze.

Welke koning heeft Neuschwanstein laten bouwen?

Welcher König hat Neuschwanstein bauen lassen?

- In de lente bouwen de vogels hun nest.
- De vogels bouwen hun nest in de lente.

Die Vögel bauen im Frühling ihr Nest.

Dit is de goedkoopste manier van bouwen...

So baut man am kostengünstigsten.

Met dat geld kunnen we wegen bouwen

Mit dem Geld leisten wir Entwicklungsarbeit

Ik laat me een nieuw huis bouwen.

Ich lasse mir ein neues Haus bauen.

Ze zullen een huis voor je bouwen.

Sie werden dir ein Haus bauen.

We bouwen het op als een natuurlijk matras.

Wir bauen uns eine feine, natürliche Matratze.

In de lente bouwen de vogels hun nest.

Die Vögel bauen im Frühling ihr Nest.

...en de hitte langzaam op te bouwen als een bad...

und wie bei einem heißen Bad Wärme aufbaut,

Mijn vrouw helpt me bij het bouwen van de wegen.

Meine Frau hilft mir beim Straßenbau.

Zijn plan is, een brug over die rivier te bouwen.

Sein Plan ist es, eine Brücke über diesen Fluss zu bauen.

...maar het is niet zo makkelijk om er één te bouwen.

aber eine Mauer zu bauen, geht nicht so schnell.

Ze zijn zes maanden bezig geweest om het huis te bouwen.

Sie waren sechs Monate mit dem Hausbau beschäftigt.

Het is veel moeilijker om op te bouwen. Heb je ergens spijt van?

Aufzubauen ist viel schwerer. Bereust du etwas in deinem Leben?

Ons bedrijf is van plan een nieuwe chemische fabriek te bouwen in Rusland.

Unser Betrieb plant, in Russland eine neue Chemiefabrik zu bauen.

Veel mensen zijn alleen daarom eenzaam, omdat zij dammen bouwen in plaats van bruggen.

Viele Menschen sind nur deshalb einsam, weil sie Dämme bauen statt Brücken.

En het is aan ons een manier te vinden om vertrouwen terug op te bouwen,

Es ist unsere Aufgabe, wieder Vertrauen aufzubauen,

Die vogels bouwen in de zomer hun nest en vliegen in de winter naar het zuiden.

Diese Vögel bauen ihre Nester im Sommer und fliegen im Winter in den Süden.

Als ik alle tijd van de wereld had, zou ik een boot bouwen en naar Fiji varen.

Wenn ich alle Zeit der Welt hätte, würde ich mir ein Boot bauen und zu den Fidschiinseln segeln.

Het is dom van u, een luchtkasteel te bouwen en ondertussen te vergeten palen in te heien voor de grondvesten.

Es ist töricht von dir, ein Luftschloss zu bauen und dabei zu vergessen, Pfähle für das Fundament einzurammen.

- Het is plezant een sneeuwman te maken in de winter.
- Het is leuk om een ​​sneeuwpop te bouwen in de winter.

- Es macht Spaß, im Winter einen Schneemann zu bauen.
- Winters einen Schneemann zu bauen, macht Spaß.

Albert Einstein brengt ons tot nadenken: "De mens vond de atoombom uit, maar geen muis in de wereld zou een muizenval bouwen."

Albert Einstein bringt uns zum Nachdenken: "Der Mensch erfand die Atombombe, doch keine Maus der Welt würde eine Mausefalle konstruieren."