Translation of "Herinneren" in English

0.009 sec.

Examples of using "Herinneren" in a sentence and their english translations:

Ik kan het niet herinneren.

- I don't remember!
- I can't remember.
- I don't remember.

Niemand wil mijn land herinneren.

Nobody wants to remember my country.

Niemand wilde mijn land herinneren.

Nobody wanted to remember my country.

Tom zal zich niks herinneren.

Tom won't remember a thing.

Tom zal je altijd herinneren.

Tom will always remember you.

Herinneren jullie je Tom nog?

Do you guys remember Tom?

Ze zullen het zich herinneren.

They'll remember.

- Ik kan me je telefoonnummer niet herinneren.
- Ik kan me uw telefoonnummer niet herinneren.
- Ik kan me jullie telefoonnummer niet herinneren.

I forget your phone number.

- Ik kan me zijn naam niet herinneren.
- Ik kan me niet zijn naam herinneren.

I can't remember his name.

- Hoe kun je het je niet herinneren?
- Hoe kan je het je niet herinneren?

How can you not remember?

Ik kan het me niet herinneren.

I can't remember it.

Kun je je zijn naam herinneren?

Can you remember his name?

Ik probeer het me te herinneren.

- I'm trying to remember.
- I am trying to remember.

Ik kan me niets anders herinneren.

I don't remember anything else.

Tom kon Mary's adres niet herinneren.

Tom couldn't remember Mary's address.

Hij zaI het zich niet herinneren.

He won't remember.

Hoe makkelijker we ons iets kunnen herinneren,

The easier it is to recall something from memory,

Hij kon zich mijn adres niet herinneren.

He couldn't remember my address.

Vergeet niet om me daaraan te herinneren.

Don't forget to remind me of that.

Ik kan me niets herinneren van gisteravond.

I can't remember anything from last night.

Ik kan me zijn naam niet herinneren.

- I can't think of his name.
- I can't remember his name.
- I can't remember what her name is.
- I can't remember what his name is.

Ik kan mij aan helemaal niets herinneren.

I can't remember anything.

Ik kan me je naam niet herinneren.

I can't remember your name.

Ik kan mij zijn naam niet herinneren.

I can't remember his name.

Ik kan m'n schooltijd nog goed herinneren.

I remember my school days very well.

Ik wou dat ik me kon herinneren.

I wish I could remember it.

Tom leek zich Mary niet te herinneren.

Tom didn't seem to remember Mary.

Tom leek zich ons niet te herinneren.

Tom didn't seem to remember us.

Ik kan me haar naam niet herinneren.

- I can't remember her name.
- I cannot remember her name.

Ik betwijfel of Tom me zou herinneren.

- I doubt that Tom would remember me.
- I doubt Tom would remember me.

Tom kan zijn wachtwoord niet meer herinneren.

Tom doesn't remember his password.

Ik kan me mijn wachtwoord niet herinneren.

I can't remember my password.

Sami kan zich de tijdlijn niet herinneren.

Sami can't remember the timeline.

Ik kan het me niet helemaal herinneren.

I can't quite remember.

Om zich een bepaalde gebeurtenis te kunnen herinneren,

to remember what happened during a particular event,

Ik kan me de exacte woorden niet herinneren.

I can't recall the exact words.

Ik kan me de eerste keer nog herinneren.

I remember the first time.

Ik kan me niet al hun namen herinneren.

- I can't recall all their names.
- I can't remember all their names.

Ik betwijfel of je je Tom zal herinneren.

- I doubt you'd remember Tom.
- I doubt that you'd remember Tom.

Men zal jullie allemaal nog honderden jaren herinneren.

All you people will be remembered for hundreds of years.

Ik kan me niet herinneren wat Tom deed.

I don't remember what Tom did.

Ik gebruik geheugenkaartjes om nieuwe woorden te herinneren.

I use flashcards to remember new words.

- Ze zullen het zich herinneren.
- Ze zullen het onthouden.

They'll remember.

- Tom zal het zich herinneren.
- Tom zal het onthouden.

- Tom'll remember.
- Tom will remember.

Ik kan me niet herinneren dat gedaan te hebben.

I can't remember doing that.

Ik kan me nauwelijks herinneren hoe mijn grootvader eruitzag.

I can barely remember what my grandfather looked like.

Ik kan mij niet herinneren, hoe daar te komen.

I can't remember how to go there.

Oudere mensen herinneren zich nog de moord op Kennedy.

Older people still remember the Kennedy assassination.

Als ik het vergeet, gelieve me eraan te herinneren.

If I forget, please remind me.

Ik kan me niet herinneren wat er is gebeurd.

I can't remember what happened.

- Ik wilde het onthouden.
- Ik wilde het me herinneren.

I wanted to remember.

Je bent niet beter in dingen herinneren dan ik.

You are no better at remembering things than I am.

- Ik herinner mij zijn naam niet meer.
- Ik kan me zijn naam niet herinneren.
- Ik kan me niet zijn naam herinneren.

- I don't remember his name.
- I can't remember his name.

Tom zegt zich niet te herinneren dat te hebben gedaan.

Tom says he doesn't remember doing that.

Kan je het niet meer herinneren wat je hebt gezegd?

Don't you remember what you said?

Ik kan mij niet herinneren waar ik het gekocht heb.

- I don't remember where I bought it.
- I can't remember where I bought it.

Ik kan me de melodie van dat lied niet herinneren.

I can't remember the tune of that song.

Ik kan me niet herinneren hoe het tweede couplet begint.

I can't remember how the second verse starts.

- Tom zal je altijd herinneren.
- Tom zal jou nooit vergeten.

Tom will always remember you.

Ik kan me niet herinneren jou hier te hebben uitgenodigd.

I don't remember inviting you here.

Ik kan me niet herinneren hoe ik dat moet doen.

I can't remember how to do that.

- Weet ik niet meer.
- Dat kan ik me niet herinneren.

- I can't remember.
- I don't remember.

Ik kan me niet herinneren waar we elkaar ontmoet hebben.

I can't remember where we met.

Kan je je nog herinneren hoe laat je dat deed?

Do you remember what time you did that?

Ik kan me niet herinneren wanneer hij naar Boston is verhuisd.

- I cannot recall when he moved to Boston.
- I can't remember when he moved to Boston.
- I can't recall when he moved to Boston.

Ik kon me de naam van die plek niet meer herinneren.

I couldn't think of the name of the place.

Voor zover ik mij kan herinneren is hij een eerlijk man.

To the best of my knowledge, he's an honest man.

Ik kan me het zelfs niet meer herinneren, waarover we vochten.

I can't even remember what we were fighting about.

Ik kan me niet herinneren dat ik die sms gestuurd heb.

I don't remember sending that text.