Translation of "Buur" in English

Zij verspreiden zich als een virus van buur tot buur.

They are spreading from neighbor to neighbor like a virus.

Hij is mijn buur.

- He's my neighbour.
- He is my neighbour.

Tom is een goede buur.

- Tom is a good neighbor.
- Tom is a good neighbour.

Beter een goede buur dan een verre vriend.

A good neighbour is better than a brother far off.

- Hij is mijn buur.
- Hij is mijn buurman.

- He's my neighbour.
- He is my neighbour.

Een goede buur is beter dan een slecht familielid.

A good neighbor is better than a bad relative.

Tom is in het zwembad van zijn buur vedronken.

Tom drowned in his neighbor's pool.

- Tom is een goede buur.
- Tom is een goede buurman.

- Tom is a good neighbor.
- Tom is a good neighbour.

Onder het huis van mijn buur wonen enkele wilde katten.

Some wild cats live under my neighbor's house.

Mijn buur verwierp mijn vraag om zijn boom te snoeien.

My neighbor rejected my request to cut his tree.

- Onze buur kwam net terug.
- Onze buurman kwam net terug.

- Our neighbor has just come back.
- Our neighbour has just come back.

Hij is mijn buur, maar ik ken hem niet al te goed.

He is my neighbor, but I don't know him well.

- Onze buur heeft een rib gebroken.
- Onze buurman heeft een rib gebroken.

Our neighbor has broken a rib.

- Onze buurvrouw heeft een rib gebroken.
- Onze buur heeft een rib gebroken.
- Onze buurman heeft een rib gebroken.

Our neighbor has broken a rib.