Translation of "Besturen" in English

0.010 sec.

Examples of using "Besturen" in a sentence and their english translations:

Ik kan geen bus besturen.

- I cannot drive a bus.
- I can't drive a bus.

Tom kan geen auto besturen.

- Tom is not able to drive a car.
- Tom isn't able to drive a car.

Mag ik de tractor besturen?

Can I drive the tractor?

Hij mag geen voertuig besturen.

He may not drive a vehicle.

Mennad kan een vrachtwagen besturen.

Mennad can drive a truck.

Een land besturen is geen eenvoudige taak.

- To govern a country is no easy job.
- To govern a country is not an easy job.

Hij weet hoe een helikopter te besturen.

He knows how to fly a helicopter.

Het is een auto die wij zelf besturen.

This is the car that we are driving.

Heeft uw oom u zijn auto laten besturen?

Did your uncle let you drive his car?

Ik ben eraan gewend om een vrachtwagen te besturen.

- I am used to driving a truck.
- I'm used to driving a truck.

Zij weet niet hoe men een auto moet besturen.

She doesn't know how to drive a car.

Hij is oud genoeg om een auto te besturen.

He is old enough to drive.

- Kun je autorijden?
- Weet je hoe je een auto moet besturen?

Do you know how to drive a car?

Men is nooit te voorzichtig met het besturen van een auto.

You cannot be too careful driving a car.

Ge kunt niet te oplettend zijn bij het besturen van een auto.

- You cannot be too careful when you drive a car.
- You can't be too careful when you drive a car.