Examples of using "Panik" in a sentence and their dutch translations:
Geen paniek!
Geen paniek.
Je hoeft niet in paniek te raken.
Wie raakte in paniek?
Raak niet in paniek, Dan.
- Tom is in paniek.
- Tom is in paniek geraakt.
Tom raakte in paniek.
- Tom is in paniek.
- Tom is in paniek geraakt.
Ik ben niet bezorgd.
Gealarmeerde klimaatactivisten
Tom kreeg een paniekaanval.
Er heerst paniek op de Titanic.
Niemand is in paniek geraakt.
Tom probeerde niet in paniek te raken.
nu snel denken, je gaat in paniek raken;
Tom heeft een paniekaanval.
De sars-epidemie zond een golf van paniek door Azië.
De hyena's doen hun best om paniek te zaaien.
Tom raakte in paniek.
Het eerste dat je doet in zo'n situatie... ...is vechten tegen de paniek.