Examples of using "Şanslı" in a sentence and their dutch translations:
Deze vlieg boft.
Tom heeft geluk.
- Wat een geluk!
- Bofkont!
- Gelukzak!
Tom voelde zich gelukkig.
Ze zeiden dat ze geluk hadden.
- Zeven is een gelukbrengend getal.
- De zeven is een geluksgetal.
Tom is een bofkont.
- Hij is een geluksvogel.
- Hij boft maar.
Ik denk dat Tom geluk heeft.
Vandaag is mijn geluksdag.
Niet iedereen had zoveel geluk als wij.
Tom had geluk.
Die bofkont heeft net de loterij gewonnen.
Ik denk dat we gelukkiger zijn dan de meeste mensen.
- Het blijkt dat ik vandaag geen geluk heb.
- Vandaag heb ik blijkbaar geen geluk.
wat een bofferd ik was dat ik nog leefde,
Sommigen geloven dat zeven een geluksgetal is.
Hij heeft geluk zo'n goede vrouw te hebben.
anders dan zoveel anderen, zoals mijn vriendin Melissa.