Examples of using "переходить" in a sentence and their dutch translations:
- Nu kan je oversteken.
- Nu kunnen jullie oversteken.
Kijk naar alle kanten voor ge de straat oversteekt.
Kijk links en rechts voordat je oversteekt.
Ze was bang om de straat over te steken.
Je hoort de weg alleen over te steken als het licht groen is.