Examples of using "перейти" in a sentence and their dutch translations:
- Het leven gaat niet altijd over rozen.
- Het leven is niet al rozengeur en maneschijn.
Ze was bang om de straat over te steken.
Ze zijn slim genoeg om goed te kunnen oversteken.
- Ze hielp een oude man oversteken.
- Ze hielp de oude man met het oversteken.
Van dit naar gekleurde stoffen:
Na elf seconden kunnen ze de straat oversteken.
En alleen met bewijs kunnen we van een post-waarheid-wereld
Jim keek links en rechts voor hij de weg overstak.
- Nu kan je oversteken.
- Nu kunnen jullie oversteken.
Je hoort de weg alleen over te steken als het licht groen is.