Translation of "езжу" in Dutch

Я часто езжу за границу.

Ik ga vaak naar het buitenland.

Я туда каждый год езжу.

Ik ga elk jaar.

- Я не езжу в школу на автобусе.
- Я езжу в школу не на автобусе.

Ik ga niet met de bus naar school.

- Я каждый день езжу на машине в Токио.
- Я каждый день езжу в Токио.

Ik rijd iedere dag naar Tokio.

- Обычно я езжу в школу на автобусе.
- Я обычно езжу в школу на автобусе.

- Gewoonlijk ga ik met de bus naar school.
- Ik ga gewoonlijk met de bus naar school.

Я езжу на работу на велосипеде.

Ik ga met de fiets naar het werk.

Я езжу в церковь на машине.

Ik ga naar de kerk met de auto.

Я езжу в школу на автобусе.

Ik ga met de bus naar school.

- Я всегда ношу шлем, когда езжу на велосипеде.
- Я всегда надеваю шлем, когда езжу на велосипеде.

- Ik draag altijd een helm wanneer ik fiets.
- Ik heb altijd een helm op wanneer ik fiets.
- Wanneer ik fiets draag ik altijd een helm.
- Wanneer ik fiets heb ik altijd een helm op.

Я не езжу в школу на автобусе.

Ik ga niet met de bus naar school.

Обычно я езжу в школу на велосипеде.

Gewoonlijk ga ik met de fiets naar school.

Я не очень часто езжу в Австралию.

Ik ga niet vaak naar Australië.

Я каждый день езжу на работу на электричке.

Ik neem iedere dag de trein naar mijn werk.

Я каждый день езжу на машине в Токио.

Ik rijd iedere dag naar Tokio.

Летом я езжу на море, а зимой в горы.

- 's Zomers ga ik naar de zee, 's winters naar de bergen.
- In de zomer ga ik naar de zee, in de winter naar de bergen.
- Zomers ga ik naar de zee, 's winters naar de bergen.

Этим утром я опоздал на поезд, на котором обычно езжу.

Vanochtend heb ik de trein die ik normaal neem gemist.

Я часто езжу на остров Менорка и на остров Ибица.

Ik ga regelmatig naar de eilanden Menorca en Ibiza.

- Я больше туда не хожу.
- Я больше туда не езжу.

Ik ga daar niet meer heen.

- Я хожу каждый год.
- Я каждый год езжу.
- Я каждый год хожу.

Ik ga elk jaar.

- Я еду на работу на велосипеде.
- Я езжу на работу на велосипеде.

Ik ga met de fiets naar het werk.

У меня есть машина, но я не очень часто на ней езжу.

Ik heb een auto, maar ik gebruik hem niet zo vaak.