Translation of "Responda" in Dutch

0.004 sec.

Examples of using "Responda" in a sentence and their dutch translations:

Responda.

- Antwoord.
- Reageer.

- Responda-me.
- Respondam-me.
- Responda-me!
- Me responde!
- Me responda!

- Geef me antwoord.
- Geef antwoord.
- Antwoord me dit.

- Responda-me.
- Respondam-me.
- Responda-me!

Geef antwoord!

- Responda a pergunta.
- Responda à pergunta.

- Beantwoord de vraag.
- Antwoord op de vraag.

Responda-me.

- Geef antwoord.
- Antwoord me dit.

Não responda.

Geef geen antwoord!

Responda honestamente.

Antwoord eerlijk.

- Quer que eu responda?
- Queres que eu responda?

Wil jij dat ik antwoord geef?

Não me responda.

Antwoord niet aan mij!

Responda em inglês.

Antwoord in het Engels.

Responda a pergunta.

Beantwoord de vraag.

Responda minhas perguntas.

Beantwoord mijn vragen.

Responda ao Tom.

Geef Tom antwoord.

Responda com respeito.

Reageer met eerbied.

Por favor, responda!

- Gelieve te antwoorden!
- Antwoord alsjeblieft!
- Antwoord alstublieft!

Por favor, responda-me.

- Geef antwoord, alsjeblieft.
- Antwoord me, alsjeblieft.

Responda à minha pergunta!

Beantwoord mijn vraag.

- Responda-me.
- Respondam-me.

- Geef me antwoord.
- Geef antwoord.
- Antwoord me dit.

Por favor, responda à pergunta.

Antwoord op de vraag alstublieft.

Responda a minha pergunta, por favor!

Antwoord op mijn vraag alstublieft.

- Tom, responda-me!
- Tom, responde-me!

Tom, geef antwoord!

Responda a minha pergunta, por favor.

Antwoord op mijn vraag alstublieft.

- Responda a minha pergunta.
- Responde a minha pergunta.

Beantwoord mijn vraag.

- Responda logo que possível!
- Respondam logo que possível!
- Responde logo que possível!

Antwoord zo spoedig mogelijk!

Que tipo de pergunta é essa? Você espera mesmo que eu a responda?

Wat voor een vraag is dat? Verwacht je echt dat ik daar antwoord op geef?