Examples of using "Acreditei" in a sentence and their dutch translations:
Ik geloofde hem.
Ik heb dat nooit geloofd.
- Ik was dom genoeg om hem te geloven.
- Ik was zo dom om hem te geloven.
Ik geloofde niets van wat Tom zei.
Ik geloofde geen woord van wat mijn opa zei.