Examples of using "Pomogę" in a sentence and their dutch translations:
Ik help.
- Ik zal je helpen.
- Ik zal u helpen.
- Ik help je.
- Ik help u.
- Ik help jullie.
- Ik zal jullie helpen.
- Met plezier zal ik je helpen.
- Ik zal je met plezier helpen.
- Ik help je graag.
Laat me je helpen.
Ik kan niet helpen, want ik ben bezig.
Laat me helpen.