Examples of using "Web" in a sentence and their dutch translations:
- Heb je een website?
- Heeft u een website?
- Hebben jullie een website?
We hebben een website.
Ik heb een website.
- Deze website is erg handig.
- Deze website is erg nuttig.
- Zij updatet haar website.
- Zij is haar website aan het updaten.
Hoe heet uw webpagina?
Tom moet zijn website updaten.
- Tom updatet zijn website.
- Tom is zijn website aan het updaten.
Internet Explorer is 's werelds meest populaire webbrowser.
Op onze website, http://www.example.com, staat alle informatie die je nodig hebt.
Maar de meeste kaarten op internet, zoals Google maps, gebruiken nog steeds mercator.