Examples of using "Cucire" in a sentence and their dutch translations:
- Je kan erg goed naaien.
- Je bent erg goed in naaien.
- Je kan erg goed naaien.
- Je bent erg goed in naaien.
Mama was bezig met haar naaiwerk.
Maria kan heel goed naaien.
Ik heb een nieuwe naaimachine gekocht.
Ik heb een naaimachine, maar ik gebruik hem bijna nooit.
Heb je een naald om deze knopen mee vast te naaien?
Mijn moeder heeft me haar naaimachine gegeven.